vangennip.reismee.nl

Sossusvlei

We zijn dit keer niet de enigen die vroeg op staan, om 6:00u verzamelt zowat de gehele gastengroep zich in de koffiekamer om zijn ontbijtpakketje af te halen. Daarna vertrekt iedereen naar Sossusvlei, het lijkt wel een race wie er het eerste is.
We rijden naar de poort van Sossusvlei, in het plaatsje Sesriem. De poort is nog niet open als we aankomen, dus sluiten we achteraan in de rij van zo’n 20 auto’s. Niet veel later gaat de poort dan toch open en begint iedereen te rijden. Slim systeem bij dit park is, dat je pas een permit koopt op het moment dat je het park verlaat. Het voorkomt wel de rijen bij de kassa. Als we de poort door zijn, willen wij graag het verste punt als eerste doen, omdat het nu nog koel is en later op de dag de verzengende hitte weer alom aanwezig zal zijn.
Het verste punt in het park is de Dead Vlei (nog zo’n 80 km vanaf de poort), waarschijnlijk ook één van de bekendste punten. Misschien is de naam niet zo bekend, maar iedereen zal de foto’s herkennen.
We parkeren de auto op de parkeerplaats, en het laatste stukje gaan we met de 4x4-shuttle. Je kunt het laatste stukje wel zelf rijden, maar het is een 4x4-weg en er is veel diep los zand, we willen het risico niet nemen om vast te komen zitten, dus de shuttle is dan de beste optie. Wij hebben blijkbaar de snelste chauffeur van de ploeg, want hij rijdt iedereen voorbij en vliegt over de wegen, alsof er niemand achterin één meter van z’n bankje vliegt, wat wel zo is dus!
In een mum van tijd zijn we bij Dead Vlei, we zien onderweg ook een aantal mensen al vast zitten met de auto, dus goede keuze die shuttle.
De Dead Vlei is nog niet te zien, en er staat ook bijzonder weinig aangegeven; een euvel dat hier wel vaker de kop op steekt. Hele mooie dingen om te zien, maar net niet duidelijk genoeg aangegeven of beschreven. We volgen daarom maar de mensen die al op weg zijn, met het risico dat zij het ook niet weten. Na een tijdje door het rode woestijnzand geploeterd te hebben, zien we bij het opklimmen van een heuvel ineens de bekende vallei opdoemen. Wow, het ziet er prachtig uit. Hij is veel kleiner dan we verwacht hadden, maar niet minder mooi. De dode bomen in de bijna witte grond, en de rode duinen op de achtergrond, geweldig. Het topfotograaf-syndroom steekt weer de kop op, en al knippend en zoekend naar de geweldigste composities doorkruisen we de Dead Vlei. Eigenlijk was het de bedoeling om het duin te beklimmen die naast de vallei ligt, Big Daddy, maar na al geconstateerd te hebben dat de eerste route al inspannend was, en omdat ik op één of andere manier de energie niet lijk te hebben (hijgend als een oud paard), besluiten we om de Big Daddy maar te skippen. Je kunt er de Dead Vlei wel mooi vanaf boven zien, maar helaas, dan maar even niet.
Als we elke mogelijke foto wel genomen hebben, gaan we terug naar de plek waar de shuttle de mensen voor de terugweg weer oppikt. Je wilt niet weten hoeveel shuttles er heen en weer gaan, maar geheel toevallig zitten we weer bij hetzelfde groepje mensen in de shuttle als op de heenweg, nog toevalliger wordt het dat we ook onze Sebastian Loeb weer als chauffeur hebben net als vanochtend. Twee keer met onze ogen knipperen, en we zijn weer bij onze auto.
Bij de parkeerplaats is de start van de route naar de Hidden Vlei. Volgens onze boekjes is dit ook een mooie vallei, dus deze moet ook even bezocht worden. We vullen ons drinken aan voordat we op pad gaan, het is immers woestijn en al weer 11:00u, dus de temperatuur is al weer flink opgelopen. Bij de vorige route waren er drommen mensen, maar bij deze route lijken wij de eersten van de dag die ‘m gaan lopen.
We starten met de route die gemarkeerd is met lange dunne stokken, waarvan er helaas af en toe één is afgebroken, of helemaal lijkt te ontbreken. We hebben af en toe twijfels of we nog goed lopen, maar met het opklimmen van een heuveltje zien we dan ineens weer een volgend paaltje in de verte. Op een gegeven moment beginnen we toch vraagtekens te zetten over hoever het nu wel niet is; bij het begin stond 2km, maar er lijkt geen Hidden Vlei in zicht te komen. Goed verstopt dus! Als we het al bijna drie keer opgegeven hebben, omdat we van de hitte door de brandende zon het gevoel hebben dat we er straks (ondanks de zonnebrand) als tomaatjes uitzien en de inspanningen zijn tol beginnen te eisen, juist op dat moment komen we over een bergje en daar lag hij altijd al verstopt: Hidden Vlei. Hij lijkt een beetje op Dead Vlei, alleen minder bomen, maar wel een veel groter oppervlak aan witte droge bodem. En bovenal, NIEMAND anders te bekennen! Met z’n tweetjes op zo’n mooie plek, bijna uitgeput maar voldaan ploffen we eerst in het hete zand om op adem te komen. Na de eerste uitputting te boven te zijn gekomen besluit ik om naar beneden te lopen/glijden, om daar nog wat foto’s te maken. Achteraf een zeer slecht plan, want naar beneden van een duin gaat stukken makkelijker dan naar boven. Niet langer alleen hijgend als een oud paard, maar nu ook met de aanblik van een dood paard kom ik weer boven aan. Waar ik weer neerplof naast Nora, die zo slim was om boven te blijven en mijn domme avontuur vanaf daar gade te slaan.
Als we beiden weer wat energie hebben, beginnen we aan de terugtocht, die doen we rustig aan met voldoende stopjes tussendoor, maar lijkt toch sneller te gaan dan de heentocht, waarschijnlijk omdat we nu weten hoever het ongeveer nog is.
Bij de parkeerplaats aangekomen, zijn we toch echt wel kapot, en willen we zo snel mogelijk uit de hitte. Helaas is er weinig schaduw, we vinden wat schaduw vlakbij een echtpaar dat daar ook zit. En je weet pas dat je afgepeigerd bent, als onbekenden opmerken: “You look exhausted!”. Tweede teken aan de wand is, als wij een half uur ergens blijven zitten op vakantie om gewoon even te hangen en wat te kletsen met andere toeristen. Dit echtpaar komt uit Oostenrijk en is wat fitter dan wij, uit hun verhalen te horen, en beginnen na ons samenzijn ook aan de tocht naar de Hidden Vlei, waarschijnlijk minder “exhausted” dan wij na afloop.
Na de Hidden Vlei rijden we de weg terug, we komen ook langs Dune 45, de bekendste van de duinen hier. Het waait inmiddels enorm rondom de duinen, en we zien de waas van rondvliegend zand aan de toppen. Goed excuus om ook deze duin niet te beklimmen, onze quotum voor beweging voor vandaag al wel weer behaald. Op de verdere terugweg maken we nog af en toe een fotostop.
Bij het begin aangekomen denken we bij de poort een permit te kunnen kopen, maar dit moet dus in de shop/office een stukje terug. Dit doen we dan ook braaf. We vragen eerst ook nog even welke kant de Sesriem Canyon is, want die staat als volgende op ons lijstje, maar we weten niet of deze binnen het park ligt, of dat we net na de poort de weg moeten volgen. Een mannetje (of vrouwtje, totaal onduidelijk) weet ons te vertellen dat het buiten de poort ligt.
Na de permit gekocht te hebben (dus eigenlijk om naar buiten te gaan), gaan we op weg naar de Sesriem Canyon via de weg die ons gewezen is. We komen er echter al snel achter dat er een hek tussen ons en ons doel zit; toch maar terug naar de poort dus. Aldaar weet een andere medewerker ons wel op het goede pad te wijzen. We vinden de canyon dus ook snel. We dalen te voet af in de Sesriem Canyon en lopen stroomafwaarts, alhoewel er geen stroom is, aangezien alles droog staat.
Hierna rijden we toch maar weer eens terug naar onze lodge. Intensief dagje weer.
’s Avonds hangen we nog wat bij de receptie rond (enige plek met internet) om dingen voor de komende dagen te regelen, o.a. diner te reserveren voor Swakopmund, want dat schijnt daar nodig te zijn.
Terug op de kamer gekomen gaan we de spullen inpakken voor de reis van morgen, als we daar plots mee moeten stoppen, omdat de stroom uitvalt. We hopen nog dat het goed komt die avond, maar helaas moeten we met zaklampjes de avond afsluiten, hopelijk morgen weer normaal stroom als we in het donker opstaan.



Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!